Column: Een betere wereld
Voor Hart voor Dieren, een magazine voor dierenliefhebbers, schreef Esther Hagen-Plantinga, Europees erkend specialist veterinaire diervoeding (ECVCN), de afgelopen periode diverse columns. Deze colums bevatten telkens veelvoorkomende Feiten & Fabels over diverse onderwerpen in de diervoedingswereld. Dit keer:
Een betere wereld
“Een betere wereld begint bij jezelf…”
Onder dat motto besluiten vandaag de dag veel mensen te stoppen met het consumeren van vlees en dierlijke producten en vegetarisch of soms zelfs veganistisch te worden. Met het aanmeten van een vegetarische levensstijl hoopt men de wereld straks gezond door te kunnen geven aan de kinderen, en vooral te stoppen met het uitbuiten van de viervoetige medebewoners van deze planeet. Voor sommigen zal het vegetarisme zelfs aanleiding zijn om ook het voeren van dierlijk materiaal aan huisdieren in twijfel te trekken. De vraag is echter of onze honden en katten, die er van nature een carnivore levensstijl op nahouden, op een verantwoorde manier vegetarisch gevoerd kunnen worden.
Voor de hond is dit antwoord redelijk eenvoudig. Alhoewel de hond afstamt van de wolf, wordt deze toch als alles-eter gezien. Dit heeft te maken met het feit dat honden beschikken over alle mogelijkheden om zelf plantaardige voedingsstoffen om te zetten in de dierlijke varianten die het lichaam nodig heeft. Dit in tegenstelling tot de kat, die ook voedingsstoffen binnen moet krijgen die alleen in dierlijk materiaal voorkomen. De hond kan dus prima gezond blijven op een vegetarische voeding, daar waar dit voor de kat wat lastiger ligt.
Wanneer je besloten hebt je hond vegetarisch te voeren, dan is het van belang een voeding te selecteren die hiervoor geschikt is. Het is daarbij goed om te weten dat plantaardig eiwit een iets andere samenstelling heeft dan dierlijk eiwit, en een hond er in de regel meer van nodig heeft. Een eiwitgehalte van ± 25% in droogvoeding is hierbij aan te raden. Alhoewel het niet onmogelijk is om pups vegetarisch te voeren, is het vanwege de relatief hoge eiwitbehoefte van pups toch aan te raden ook dierlijke eiwitten te voeren. De volgende vraag is dan of het ethisch verantwoord is om een carnivoor dier de toegang tot dierlijke grondstoffen te ontzeggen.
Het antwoord hierop is niet eenduidig, en deze afweging maakt eenieder voor zichzelf. Wat in deze overweging wellicht meegenomen kan worden is het feit dat diervoeding overwegend gefabriceerd wordt van reststromen van de humane voedingsindustrie, dus in principe een duurzame industrie is. Wellicht dat dit in de ogen van sommige vegetarische mensen de stap naar het voeren van dierlijk materiaal aan hun geliefde viervoeter ethisch iets dragelijker maakt.